De verkiezingsstrijd draait vaak om grote thema’s als zorg, klimaat en economie. Maar wie écht wil weten waarom de overheid soms zo moeizaam functioneert, hoeft niet ver te zoeken: het zit in de regels. Volgens recent onderzoek van PwC werken uitvoeringsorganisaties inmiddels met tweeënhalf keer zoveel wetten en regels als twintig jaar geleden en die zijn ook nog eens ingewikkelder geworden.
Rekenkamer-president Pieter Duisenberg zou het kort kunnen samenvatten als: het is onhoudbaar. Veel ambtenaren kúnnen hun werk simpelweg niet meer goed doen. Zijn oproep aan de politiek is duidelijk: vereenvoudig de regels en maak wetgeving uitvoerbaar. Of zoals hij het zelf zegt: “Al jarenlang klinkt vanuit ons de hartenkreet richting de politiek om wetgeving uitvoerbaar te maken.”
Te veel regels, te weinig tijd
De gevolgen zijn overal zichtbaar. Een medische keuring voor de WIA duurt nu ruim tweeënhalf keer zo lang als vijftien jaar geleden. Dossiers bij de IND zijn in tien jaar bijna verdubbeld in omvang. Dit betekent langere wachttijden, meer fouten en groeiende frustratie bij zowel uitvoerders als burgers.
Duisenberg wil dat uitvoeringsorganisaties een ‘rode kaart’ kunnen trekken als nieuwe wetten in de praktijk onuitvoerbaar blijken. Dat idee klinkt logisch: wie dagelijks de uitvoering doet, weet waar het knelt.
Maar hier zit een valkuil. Te vaak redeneert de politiek vanuit het perspectief van de uitvoering, terwijl de échte pijn bij de burger zit en dan vooral bij wie al kwetsbaar is.
Wanneer regels botsen
Neem de statushouder die moet inburgeren. Hij moet voldoen aan eisen van de gemeente, DUO én het UWV. Elk loket heeft zijn eigen regels, systemen en formulieren. De samenhang ontbreekt en soms spreken de regels elkaar zelfs tegen. Maatwerk? Zeldzaam.
Of denk aan iemand met een WIA-uitkering. Die moet voldoen aan talloze controles, terugkoppelingen en uiteenlopende verwachtingen. Eén verkeerd ingevuld formulier kan maanden vertraging opleveren of verlies van inkomen.
Dit is meer dan alleen ´te veel regels’. Het is een overheid die onvoldoende als één geheel werkt, die processen nodeloos ingewikkeld maakt en digitale systemen bouwt vanuit efficiëntie, niet vanuit toegankelijkheid.
Niet minder regels, maar een menselijker systeem
De regeldruk terugdringen is belangrijk, maar niet voldoende. De kern van het probleem zit ook in hoe de regels op elkaar aansluiten en worden toegepast. Minder wetten helpen pas echt als de overheid:
- Wetgeving ontwerpt vanuit de leefwereld van burgers
- Regels en processen beter op elkaar afstemt tussen instanties
- Formulieren en digitale kanalen begrijpelijk maakt
- Ruimte biedt voor maatwerk bij complexe situaties om mensen écht te helpen
Vereenvoudiging als politieke moed
In verkiezingstijd klinkt ´minder regels’ als simpele logica De echte uitdaging is een overheid te ontwikkelen die als één geheel werkt, helder communiceert en oog heeft voor de mens achter het dossier. Dat vraagt om politieke moed: durven schrappen, durven vereenvoudigen en durven accepteren dat niet iedereen er altijd op vooruitgaat.
Pas dan verandert de overheid van een ondoordringbaar regelsysteem naar een instantie die daadwerkelijk ondersteunt.


