Kenniswerker gaat met Werkantie

werkantie

Vroeger gingen wij ‘s zomers hooguit twee weken met vakantie. Dat was de norm voor managers in de adviesbranche. Jaloers keken wij naar onze collega’s binnen de overheid. Die waren zomers wel vier weken of langer afwezig. Intussen zaten wij te zweten op de aanbestedingen die de overheid steevast vlak voor het zomerreces publiceert. De laatste jaren nemen wij ook een lange zomervakantie, maar anders dan vroeger houden we contact met het werk.

Ik ga op vakantie en ik neem mee: racefiets, driekwartsbroek, laptop, iPad en iPhone. Voordat ik vertrek regel ik een dagbundel voor mobiel internetten in het buitenland. Ook contoleer ik of er standaard WiFi aanwezig is op ons vakantieadres. Nadat ik een verzameling boeken en rapporten op de iPad heb geladen ben ik klaar voor vertrek.

Het meenemen van het werk tijdens de vakantie is inmiddels een trend geworden. Ruim twee derde van alle managers checkt de e-mail tijdens de vakantie. De helft van de kampeerders kijkt vooraf of er WiFi aanwezig is op de camping. De kinderen houden contact met vriendjes via Whatsapp en Facebook. De ouders volgen het nieuws via internet en checken hun e-mail. De combinatie van WiFi met de smartphone en de iPad luiden ‘Het Nieuwe Werken’ tijdens de vakantie in. We lezen kranten, boeken en rapporten op de iPad. Op het strand beantwoorden we de e-mail en we volgen onze vrienden en collega’s via Facebook en Twitter. Tijdens de vakantie vind je ook de rust een artikel te schrijven, want tijdens de vakantie heb je het dagpatroon in eigen hand. Grenzen tussen werk en privé vervagen. Dat geldt ook voor de grenzen tussen werk en vakantie. Volgens Financial Times-journalist Lucy Kellaway is dit de toekomst voor de meeste kenniswerkers. Zij introduceerde daarvoor het woord ‘Worliday’: de combinatie van een beetje vakantie en een beetje werk. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken is dit wel zo prettig volgens Kellaway:

“I would wake up, do a few e-mails and then go for a walk by the sea. Later, I might write an article sitting under a window with a view of a stream. After that, I’d go outside to light the coals to barbecue a sausage. Or rather, I’d look at the glowering sky and put the sausages under the grill instead.”

Een beetje werken tijdens de vakantie is niet ongezond concludeerde een promovenda van de Radboud Universiteit. Af en toe tijdens de vakantie betrokken blijven met het werk geeft een gevoel van controle over het werk. Dat geeft rust en zorgt er ook voor dat je beter uitgerust weer van start gaat na de vakantie.

Apocalyps of ondergang van internet

Aplocalyps 61

Hackers, die het netwerk van de Amerikaanse overheidsdiensten wisten te kraken, blijken de gegevens van minstens 21,5 miljoen mensen te hebben gestolen. In Duitsland moeten mogelijk 20.000 computers worden vervangen na een cyberaanval op het Duitse parlement. Afgelopen maanden werden ook Sony en het Franse tv-station TV5 geteisterd door cyberaanvallen. Deze maand werd Hacking Team, een Italiaans bedrijf dat hack-software ontwikkelt voor onder meer overheden, zelf gehackt. Het hacken van complete bedrijfsnetwerken is kinderspel en de pakkans is minder dan 0,001 procent. Dit brengt bij mij een visioen naar boven van het doemscenario, waarvan ik hoop dat het nooit werkelijkheid zal worden.

Triomfantelijk macht
Wij genieten van onze vrijheid, de grootst mogelijke vrijheid. Er zijn geen grenzen meer. Het internet maakt het mogelijk dat wij op ieder moment, vanaf iedere plek, met ieder communicatiemiddel direct kunnen communiceren. Wij kunnen videoverbindingen leggen met mensen over de hele wereld en met elkaar spreken alsof we bij elkaar in de huiskamer zitten. Bedrijven en overheden verplaatsen hun rekencentra naar de Cloud. Daardoor kunnen zij flexibel inspelen op een veranderende behoefte en kosten verlagen. Dingen en installaties worden automatisch herkend en aangestuurd via het web. Technologie zorgt voor innovatie.

Aardse kracht
Met de groei van het internet neemt ook de kwetsbaarheid van het web toe. Er ontstaan spanningen over het beheer van de Cloud. Bedrijven leiden schade door storingen en onrechtmatig gebruik van data. Overheden maken onderling afspraken en proberen de gaten te dichten in hun regelgeving. Criminelen hebben vrij spel op het internet. Zij leggen vitale netwerken plat en verschaffen zich toegang tot vitale bedrijfsgegevens. Bedrijven en overheden worden daarmee onder druk gezet. Bankrekeningen van particulieren worden geplunderd. Opsporingsdiensten speuren op het web naar de daders. Deze slaan terug met aanvallen op banken en overheid. Het is oorlog op het internet. De daders zijn moeilijk te traceren. Iedere poging tot opsporing en verdediging lokt weer een nieuwe onverwachte aanval uit.

Armoede
Overheid en bedrijven verscherpen de verdedigingslinies tegen de cyberaanvallen. Het aantal aanvallen op het web stijgt dramatisch. Banken kunnen gedupeerde rekeninghouders niet meer vergoeden. Bedrijven die zich niet kunnen wapenen gaan failliet. De pakkans voor criminele groeperingen daalt. De sterkste bedrijven profiteren van het omvallen van hun concurrenten en gaan een verbond aan met criminele groeperingen. De werkeloosheid stijgt sterk. En de beurzen kelderen.

Slachtoffers
De overheid staat machteloos. Het bevolkingsregister wordt gestolen. De identiteit van burgers ligt op straat. Criminelen voeren hun aanvallen uit in naam van onschuldige burgers. Energiecentrales worden aangevallen. Er wordt ingebroken in besturingssystemen van de waterkeringen. De infrastructuur raakt ontwricht. Een deel van het land loopt onder water. Mensen komen om van de kou en verdrinken.

Gerechtigheid
De samenleving keert zich af van de technologische vooruitgang. In ogen van velen heeft deze alleen maar tegenspoed, dood en verderf gebracht. Het verzet groeit tegen het alsmaar groter en almachtiger internet. Sommige bedrijven en burgers keren zich helemaal af van internet. Actiegroepen roepen op het web te ontmantelen en de mensen te beschermen tegen de gevaren ervan.

Aardbeving
Het internet is lange tijd met veel inspanning in de lucht gehouden. Met het opraken van de IPv4 adressen is het web met technische lapmiddelen overeind gehouden. Door een aardbeving in de Middellandse Zee breekt een vitale internetkabel. De één na de andere internetvoorziening valt uit. Als een kaartenhuis stort het wereldwijde web in elkaar. Voor de tweede keer spat de internetzeepbel uiteen. Deze keer is het definitief.

Stilte
Het alomvattende internet wordt niet opnieuw opgebouwd. De budgetten daarvoor zijn niet beschikbaar en het draagvlak ontbreekt. Bedrijven zien het internet ook niet langer als een volwaardig bedrijfsnetwerk. Er worden nog wel specifieke private netwerken opgebouwd. Maar de vrijheid van een wereldwijd omvattend netwerk is definitief voorbij.

Een bank voor kleine beleggers

Floris Deckers

Met Evi van Lanschot zette Van Lanschot twee jaar geleden de stap richting de zogenoemde ‘starters op de vermogensmarkt’. Kleine beleggers bij de bank worden gemaand over te stappen naar het Evi concept. Nog geen vijf jaar geleden nam de bank juist afscheid van de mindervermogenden. Ik viel destijds van mijn stoel nadat ik in één week tijd een verzoek voor deelname aan een cliënttevredenheidsonderzoek van de topman van de bank ontving en een opmerkelijk interview met hem las  in het fd. Dat bracht mij tot het schrijven van onderstaande open brief.

Geachte heer Deckers (Voorzitter Raad van Bestuur Van Lanschot Bankiers)

Deze week ontving ik uw persoonlijke verzoek mee te werken aan het Van Lanschot cliënttevredenheidsonderzoek. Ieder jaar ben ik trouw op uw verzoek ingegaan, maar deze keer raakte ik in verwarring. Enkele maanden geleden belde mijn adviseur met de mededeling dat hij helaas geen tijd meer aan mij kon besteden. Grote klanten vergden voortaan al zijn aandacht. Hij heeft mij altijd vriendelijk te woord gestaan en voor zijn prioriteiten kon ik begrip opbrengen. Na uw interview in het fd “Deckers kiest voor zeer rijken” heb ik begrepen dat werkdruk niet de achtergrond was van zijn mededeling. Particulieren met onvoldoende vrij beschikbaar vermogen worden bij Van Lanschot niet langer toegelaten, meldt het fd. De bank zet in op de zeer rijke klant, liefst met een vermogen van boven de 1 miljoen euro. Uit de krant moet ik dus vernemen niet langer welkom te zijn bij de bank die mij vijftien jaar geleden heeft verleid over te stappen voor al mijn bankzaken.

Na uw interview had ik een telefoontje van mijn bankkantoor verwacht met het verzoek over te stappen naar een andere bank dan wel een ontkenning van een ongelukkig weergegeven interview. Ik hoorde echter niets meer van de bank. Daarom richt ik mij nu tot u in reactie op uw verzoek voor deelname aan uw tevredenheidsonderzoek. Eerste vraag van uw onderzoek luidt: “hoe beoordeelt u uw adviseur?” Dat is toch de adviseur die mij niet meer mag bellen? In het verleden heb ik braaf al zijn beleggingsadviezen opgevolgd, maar desondanks is mijn vermogen geslonken tot onder het niveau dat voor u als bank nog interessant is. Uw adviseurs wisselen overigens in rap tempo van werkgever met medeneming van hun relatiebestand. En zo ben ik nu ook opgenomen in het relatiebestand van Staal Bankiers, Rabobank en Merrill Lynch. Na uw interview word ik van verschillende kanten gevraagd over te stappen.

In het fd meldt u dat kleine klanten relatief veel aandacht vergen. “Wij zijn daar als bank voor vermogende particulieren niet optimaal op ingericht. Het buiten de deur houden van klanten met onvoldoende groeipotentie wordt goed opgepakt.” Het moet Van Lanschot dan wel heel erg voor de wind gaan als het beleid er op is gericht om klanten buiten de deur te houden. Gaat het u daarbij alleen om het vermogensbeheer of ook om de reguliere diensten van de bank? Met de huidige lage rentestand moet uw bank toch goed verdienen aan hypotheken? Pas nadat ik een veel voordeliger hypotheekaanbod van de Rabobank had getoond bleek Van Lanschot bereid mijn hypotheek over te sluiten tegen betere condities. Het had uw bank natuurlijk gesierd als er met de klant was meegedacht en het aanbod uit eigen initiatief was gedaan. Als het gaat om het verlagen van de kosten die met de aandacht voor uw klanten is gemoeid dan adviseer ik u de dienstverlening af te stemmen op de behoefte van uw klanten. Het standaard dienstenpakket biedt twee creditcards die nog ongeactiveerd in mijn bureaula liggen. Aan het lezen van het glossy magazine kom ik niet toe. De beleggingsoverzichten en -brochures kunnen goedkoper en milieuvriendelijker via het internet worden aangeboden. En golfclinics en antiekbeurzen hebben mijn interesse niet.

In uw onderzoek vraagt u of ik mij welkom voel bij Van Lanschot. Na uw interview weet ik niet meer wat daarop te antwoorden. Het stoort mij dat u over uw klanten communiceert via de media en uw boodschap vooralsnog niet met uw klanten zelf deelt. Daarom voel ik mij nu ook vrij mijn bevindingen te delen met de lezers van mijn weblog. Ik zou het echter op prijs stellen als u naast de aandacht voor uw aandeelhouders ook aandacht wilt schenken aan uw klanten. De bankencrisis heeft namelijk niet bijgedragen aan een beter consumentenvertrouwen in de banken. Juist in deze tijd eisen klanten goede communicatie en transparantie. Als die ontbreken dan zal de bereidheid om informatie te delen in een tevredenheidsonderzoek beperkt zijn. De onderzoeksvraag “Welk percentage van uw financieel vermogen hebt u nu bij Van Lanschot ondergebracht?” laat ik dan nog maar even onbeantwoord.

Waarde voor de samenleving

slideshow-jellies2

Mensen in Engeland die hulp zoeken bij het oplossen van problemen met huisvesting, werk of geld kunnen terecht bij Citizens Advice Bureau. Deze organisatie is onafhankelijk en geeft gratis advies via persoonlijk contact, telefoon of digitale media. In Nederland moeten we daarvoor bij de overheid aankloppen. Mensen moeten dan de weg zoeken in een complex systeem van overheidsloketten en regels.

Vijf jaar geleden spraken het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de VNG de ambitie uit om het voor mensen makkelijker te maken. Die ambitie werd vertaald in vijf beloften aan de burger: dienstverlening is mensgericht, burgers kunnen hun zaken snel en zeker regelen, altijd de juiste deur en optimale ketensamenwerking, gegevens worden slechts eenmaal opgevraagd, transparant en aanspreekbaar. De concretisering van deze beloften bestond uit een cultuurverandering en elektronische dienstverlening. Er was zelfs een aparte website 5beloften.nl opgetuigd om de beloften uit te dragen. De vijf beloften zijn inmiddels digitaal gewist. De domeinnaam is van de hand gedaan en de website geeft nu informatie over saleshoppen en kortingen. De vijf beloften aan de burger hadden in 2011 ingelost moeten zijn. Die worden nu in 2017 behaald volgens het programma Digitaal 2017. Dan kunnen bedrijven en burgers hun zaken die ze met de overheid doen digitaal afhandelen. Het programma belooft integrale dienstverlening, waarbij de overheid opereert als één en de vraag van mensen centraal zet. Ook dat lijkt ambitieus. In 2017 zullen we vrijwel zeker nog steeds onze weg moeten zoeken in het complexe landschap van overheidsorganisaties.

Een Engelse expat plaatste de volgende hulpvraag op het internet:

Hello, I wonder if anyone can help me. Does there exist a type of (free) Citizens Advice Bureau (or equivalent) in Amsterdam?

In Nederland kunnen we een immigrant wijzen op de website newtoholland.nl die de weg wijst naar het doolhof van overheidsinstanties. In Engeland en Wales is Citizens Advice diepgeworteld in de gemeenschap. Ruim 42 procent van de bevolking heeft gebruik gemaakt van de gratis dienstverlening van Citizens Advice. Zij zijn er ook van overtuigd dat de dienst volledig onafhankelijk en onpartijdig is. Na de hulpverlening zegt 85 procent tevreden te zijn met het advies. 45 procent geeft aan dat hun omstandigheden binnen vijf tot zeven weken zijn verbeterd. 91 procent zegt in de toekomst mogelijk opnieuw gebruik te zullen maken van Citizens Advice.

De dienstverlening van Citizens Advice wordt geleverd vanuit 338 aangesloten bureaus op 3.000 locaties. De bureaus worden financieel door de overheid en particuliere organisaties ondersteund. Er werken 22.000 vrijwilligers, die in twee jaar tijd 2,1 miljoen mensen via persoonlijk contact hebben geholpen. Daarnaast zijn een miljoen mensen geholpen via de telefoon en 14 miljoen via de website. Citizens Advice voegt maatschappelijke waarde toe. Die waarde voor de samenleving wordt geraamd op 1 miljard euro. In 2012/2013 werd 400 miljoen euro aan schulden voor mensen afgeschreven of herschikt. De dienstverlening door Citizens Advice draagt ook bij aan het verlichten van de druk op overheidsorganisaties en het vergroten van de inzetbaarheid op de arbeidsmarkt van de betrokken vrijwilligers. De waarde voor de Engelse samenleving wordt beschreven in het rapport ‘Making the case. The value to society of the Citizens Advice service’.

Wanneer zetten wij onze beloften om in aantoonbare waarde voor de samenleving?

Dromen over Nederland

Windmolen

We leven in het jaar 2030. Nederland heeft een bloeiende kenniseconomie. Met de Europese Universiteit in de Randstad zijn wij mondiaal koploper op het gebied van onderwijs en onderzoek. De Nederlandse overheid heeft een fundamentele hervorming afgerond. Bureaucratie en zinloze regelingen zijn afgeschaft. Belastingen zijn teruggebracht tot een vlaktaks voor iedereen van 35%. Buitenlands beleid, economie, financiën en veiligheid zijn overgedragen aan de Europese Unie. Wij houden een slanke overheid voor beleid, toezicht, infrastructuur, onderwijs en zorg. De bevolking wordt via virtuele netwerken actief betrokken bij beleidsontwikkeling en besluitvorming. De stadskernen zijn volledig ontsloten door een lightrail verbinding. Traditionele bedrijven zijn opgegaan in netwerkorganisaties. Door 3D video technieken is het aantal virtuele vergaderingen en sociale bijeenkomsten toegenomen en reizen gereduceerd. Wij zijn inmiddels volledig omgeschakeld naar een duurzame energievoorziening. Iedereen is vrij om zelfstandig de balans tussen werk, zorgtaken en sportieve ontplooiing te bepalen. Nederland is gezond, schoon en sociaal.

Dat is de wereld die ik mijn kinderen toewens. Daarvoor moet nog veel veranderen. Afgelopen jaren werden wij geconfronteerd met een stagnering van de groei van onze economie en welvaart. Wij hebben gelijktijdig te maken met financiële -, economische – en milieu problemen. Duurzame oplossingen zijn noodzakelijk om te voorkomen dat de rekening naar volgende generaties wordt doorgeschoven. Achtereenvolgende naoorlogse kabinetten hebben weliswaar plannen gemaakt voor het stroomlijnen van de overheid, het beperken van uitvoeringskosten en het vereenvoudigen van regelingen. Het zijn ambities die de overheid al jaren koestert. Tot structurele verbeteringen heeft het nog niet geleid.

De huidige bestuurlijke inrichting van Nederland stamt af van de Grondwet uit 1848. Onze verzorgingsstaat is na de Tweede Wereldoorlog in de vijftiger jaren opgebouwd. De prioriteiten lagen toen bij de herleving van de economie en woningbouw. In die tijd ontstonden onder leiding van Drees de WW, de AOW en de AWW. In de jaren zestig kwamen daarbij de Kinderbijslagwet, de Ziekenfondsverzekering, de Bijstandswet en de Wet Arbeidsongeschiktheid. In de afgelopen jaren heeft de overheid de kosten van deze voorzieningen door het oplopend gebruik er van proberen in te dammen door te bezuinigen op basis van de kaasschaaf- of doorschuifmethode. Onze overheidsvoorzieningen voorzagen in een naoorlogse behoefte, maar zijn niet met de tijd meegegaan. Wij hebben een gereguleerde woningmarkt, maar geen woningnood en een leger zonder vijanden. Regels belemmeren de dynamiek in de arbeidsmarkt. Door gelijktijdig belasting te innen, subsidies en uitkeringen te verstrekken houden wij nu een bureaucratie in stand die zinloos geld rondpompt.

Hoe willen wij Nederland in 2030 zien? Waarom blijven we steeds hangen in het veranderen van het bestaande? Laten we uitgaan van een nieuw ideaalbeeld. Dat beeld van Nederland kan worden opgesteld op basis van succesvolle voorbeelden elders met participatie en inbreng van de bevolking. Het ideaalbeeld is het perspectief dat enthousiasmeert. Daarna hebben we nog een lange weg van staatshervormingen te gaan, maar altijd met het doel voor ogen, een stip aan de horizon. En voor toekomstige generaties een gezond, schoon en sociaal Nederland.

Zo worden wij allemaal fraudeurs

Onze verzorgingsstaat moet geleidelijk plaatsmaken voor een participatiemaatschappij. De invloed van de overheid zal daardoor afnemen en het aantal regels moet verminderen. Maar van een vermindering van het aantal regels komt helaas nog weinig terecht. De regels worden verplaatst. Zij verhuizen van het Rijk naar gemeenten en uitvoeringsorganisaties De behoefte van het Rijk controle te houden en misbruik te voorkomen leidt weer tot nieuwe regelgeving.

Het PGB was te fraudegevoelig. Mensen kregen tot voor kort hun bijdrage en moesten achteraf verantwoorden wat zij daarmee hadden gedaan. Het trekkingsrecht werd dit jaar ingevoerd om misbruik te voorkomen. De Sociale Verzekeringsbank zou voortaan vooraf controleren of alle gegevens kloppen. Dat systeem faalde vanwege de complexiteit en de vele schakels in het proces. Zorgverleners moesten maanden op hun geld wachten. Uiteindelijk zijn vele betalingen met spoed gedaan zonder te controleren of de gegevens correct zijn.

Door een toename van het aantal regels moeten mensen steeds meer en kunnen zij steeds minder. Bij zijn aantreden als ombudsman in Amsterdam nam Arre Zuurmond de proef op de som. Verkleed als zwerver liep hij het hele circuit af op zoek naar onderdak. Op één dag had hij vier intakes. Hij kreeg tenslotte een bed toegewezen bij het Leger des Heils, waar hij nog wel 8 maanden op moest wachten. Tot die tijd moest hij zelf maar iets zoeken. Dat bracht Zuurmond op het volgende plan: kunnen daklozen wellicht worden geholpen door bijstandsmoeders die geen jonge kinderen meer hebben? Dat klinkt mooi, maar hulp aan daklozen kan wel hun uitkering in gevaar brengen.

Het UWV gaat mensen die na 1 juli werkloos raken extra controleren op hun bijverdiensten. Zij moeten elke maand op een formulier het sv-loon invullen van hun bijverdiensten. Het sv-loon is het loon waarover de premies voor sociale verzekeringen worden berekend. Op loonstrookjes staat dat loon meestal niet vermeld. Mensen moeten het sv-loon dan zelf berekenen op basis van hun bruto maandsalaris inclusief een eindejaarsuitkering, vakantiegeld, onregelmatigheidstoeslag, avonduren toeslag, roostervrij toeslag en weekenduren toeslag. Tijdens een testfase bleek slechts één procent van de mensen het formulier goed te kunnen invullen. Het UWV heeft nu 5 miljoen uitgetrokken voor een voorlichtingscampagne en honderd extra mensen ingezet om de nieuwe regels te handhaven. Mensen die na 1 juli werkeloos raken moeten rekening houden met een vertraging van de uitbetaling van hun WW-uitkering.

Elke burger zit vast aan tientallen beklemmende overheidsmaatregelen. Het zijn dan ook nog meestal de kwetsbaren in onze samenleving die aan de meeste regels worden onderworpen. Veel regels kennen of begrijpen mensen niet. Als je aan zoveel regels wordt onderworpen, dan kun je het niet goed meer doen en wordt alles fraude. Zo worden wij uiteindelijk allemaal fraudeurs.

Laat ons zwaarden omsmeden tot ploegscharen

The-UN-Statue-Garden

In de tuin van het gebouw de Verenigde Naties in New York staat het beeld van een man die een zwaard omsmeedt tot een ploegschaar. Het beeld is in 1958 geschonken door de toenmalige Sovjet Unie aan de VN. Het beeld staat symbool voor het einde van geweld en het begin van de wereldvrede. Daarvoor is de Verenigde Naties in het leven geroepen. Acht eeuwen voor Christus is deze droom tot stand gekomen. Profeet Jesaja ziet dat de mensen hun God kwijt zijn geraakt. Zij gebruiken geweld, plunderen andere volken en vereren afgoden. In zijn profetie kondigt Jesaja de komst aan van Jezus, de Messias en Gods rechtvaardige heerser.

Daarmee wordt wereldwijde gerechtigheid en einde van het geweld voorspeld:

En Hij zal richten tussen volk en volk en rechtspreken over machtige natiën. Dan zullen zij hun zwaarden tot ploegscharen omsmeden en hun speren tot snoeimessen; geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen, en zij zullen de oorlog niet meer leren. (Jesaja 2.4)

Een wereldwijde gerechtigheid en een einde van het geweld is nu verder weg dan ooit. Het overgrote deel van de wereldbevolking gaat gebukt onder religieuze discriminatie en sektarisch geweld. Zo gaat het niet goed met de tolerantie tegenover Joden in Europa. Het aantal gewelddaden tegenover Joden en Joodse instellingen is vorig jaar met 40 procent gestegen. Het aantal uitingen van antisemitisme is vooral in België en Frankrijk toegenomen, met als dieptepunt de terroristische aanslagen. Bij de terreuraanslag vorig jaar bij een Joods Museum in Brussel vielen vier doden. Dit jaar gijzelde gijzelde Amedy Coulibaly, twee dagen na de aanslag op het satirische weekblad Charlie Hebdo, het supermarktpersoneel en bezoekers van de Joodse supermarkt Hyper Cacher in Parijs en bracht daarbij vier mensen om het leven.

De aanslagen hebben geleid tot een toename van de moslimdiscriminatie. In Nederland heeft afgelopen jaren meer dan 40 procent van de moskeeën last gehad van uitingen van geweld. Het geweld tegen moslims is even verwerpelijk als het jihadistische terrorisme. Geen enkele vorm van geweld tegen anderen is gerechtvaardigd. Alleen overheden hebben het geweldsmonopolie, maar dat geweld geldt enkel voor het handhaven van het recht. Op grond van de bijbel is gebruik van geweld ook niet toegestaan.

Wie naar het zwaard grijpt, zal door het zwaard omkomen. (Matteüs 26:52)

Nooit vergeten tijd

Opnamedatum: 2009-11-23

Als daarom de Grieken over de toekomst spreken, zeggen zij: ‘Wat hebben wij allemaal nog achter ons?’ en in die zin was Anton Steenwijk ook een Griek. Ook hij stond met de rug naar de toekomst en met zijn gezicht naar het verleden. Als hij nadacht over de tijd, zoals hij soms deed, zag hij de gebeurtenissen niet uit de toekomst komen en via het heden naar het verleden gaan, maar uit het verleden ontwikkelden zij zich in het heden, op weg naar een ongewisse toekomst.

Dit citaat uit het boek ‘De Aanslag’ van Harry Mulisch karakteriseert zijn visie op de tijd. Wanneer de gebeurtenissen eenmaal verleden zijn geworden, zijn zij niet toevallig maar voor eeuwig onverwoestbaar. Het verleden moet goed worden verzorgd. De Nationale Herdenking op 4 mei draagt bij aan de verzorging van het verleden. Op 5 mei wordt de Bevrijding gevierd.

Wij zijn voor een korte vakantie in Duitsland en bezoeken de stad Münster. Deze stad is vooral bekend vanwege de vredesverdragen die daar zijn afgesloten. De Vrede van Münster maakte in 1648 een einde aan twee grote Europese oorlogen: de Dertigjarige Oorlog tussen een groot aantal Europese landen en de Tachtigjarige Oorlog tussen de opstandelingen in de Nederlanden en Spanje. Het einde van de Tachtigjarige Oorlog betekende tegelijkertijd dat de Noordelijke Nederlanden officieel als onafhankelijk land werd erkend.

Wij lopen door een levendige stad Münster. De sfeer wordt bepaald door grote aantallen fietsers en studenten. De stad heeft mooie religieuze gebouwen uit de veertiende en de vijftiende eeuw. In het centrum ligt de Prinzipalmarkt met mooie arcaden en chique winkels. Veel gevels doen denken aan de patriciërs huizen van de Nederlanden uit onze Gouden Eeuw. Het Raadhuis heeft een fraaie gotische gevel. In dit huis bevindt zich de Friedenzaal met gespaard gebleven meubilair uit het midden van de veertiende eeuw. Het is moeilijk voor te stellen dat deze stad tijdens de Tweede Wereldoorlog door bombardementen van de geallieerden grotendeels is verwoest. Zelfs de Dom en het Raadhuis zijn nadien volledig gereconstrueerd. In het Stadtmuseum zien wij de geschiedenis van de stad uitgebeeld: de opkomst van het nazisme, de deportatie van de Joden, de verwoesting van de stad en de wederopbouw. In de zestiger jaren is de wederopbouw zo goed als voltooid en worden de Rolling Stones enthousiast door de jeugd verwelkomd in de stad.

Op ons gezin maakte de tentoonstelling over de geschiedenis van Münster diepe indruk. De Tweede Wereldoorlog vormt een groot contrast met ons huidige bestaan. Door de oorlog te herdenken koesteren en vieren we gelijktijdig onze vrijheid en welvaart. Toekomstige generaties zullen de traditie van vrijheidsviering over moeten nemen. Bevrijdingsdag 5 mei moet daarvoor een verplichte vrije dag worden. De misdaden uit de oorlog mogen nooit in de vergetelheid raken. Dit mag nooit vergeten tijd worden, zoals Harry Mulisch schreef in zijn boek ‘Het stenen bruidsbed’: We zullen pas ophouden om de Tweede Wereldoorlog te herdenken als de Derde Wereldoorlog uitbreekt.

Deel minder, met minder

email-terror

Overdag en ’s avonds zijn wij tegenwoordig langdurig in onze beeldschermen verzonken om de stortvloed aan mailberichten weg te werken. Tijdens vergaderingen inspecteren we regelmatig onze smartphone om niets te hoeven missen. Dit gaat ten koste van het persoonlijke contact.

In de vorige eeuw was het zakelijke berichtenverkeer nog overzichtelijk. Elke zaterdag plofte er een dikke enveloppe met weekendpost van mijn werkgever op de mat. Zo kon ik in alle rust de bedrijfsmededelingen en offertes doornemen. Vanaf 1995 werd de bakjespost vervangen door email berichten. Daarna ging iedereen met iedereen mailen. Niet veel later gingen we vanaf iedere locatie en op elk mogelijk tijdstip mail versturen. Het mailverkeer groeide explosief. In 2001 werden wereldwijd dagelijks 31 miljard mailberichten verzonden. In 2008 was dit aantal opgelopen tot 170 miljard. De wereld telt nu 3,1 miljard internetgebruikers. Vandaag de dag worden, volgens de realtime statistieken van worldometers, dagelijks meer dan 210 miljard berichten verstuurd, waarvan minstens 80 procent reclame of spam is. Onze mailbox stroomt vol met ongewenste reclame en overbodige berichten die naar iedereen worden gestuurd.

e-mail terreur
Door de stortvloed aan mailberichten begint het medium aan haar eigen succes ten onder te gaan. Van de beoogde verhoging van de productiviteit komt daardoor weinig terecht. Organisaties lijden financiële schade door de overdaad aan te verwerken e-mail. Medewerkers besteden veel te veel tijd aan het e-mailen. Managers besteden er gemiddeld twee uur per dag aan. Veel berichten sneeuwen onder in een overvolle mailbox en verdwijnen zelfs ongelezen in de prullenmand. Hoewel de mail asynchroon werkt en niet direct hoeft te worden gelezen, voelen velen zich daar wel toe gedwongen. Door de komst van smartphones kunnen we namelijk altijd en overal de mail checken en verwachten we ook snel een antwoord op onze mail. Veel werknemers raken hierdoor de controle over hun eigen berichtenstroom kwijt. Zij voelen zich geleefd door hun mailbox. Door het dwingende karakter van de mail raken zij gestrest en krijgen een burn-out.

minder e-mailen
“Heb je mijn mail gelezen?” is de meest aan mij gestelde vraag op mijn werk. Meestal is het bericht dan kort daarvoor verstuurd. Maar overdag lees ik nauwelijks mijn mail. Tijdens werktijd wil mijn tijd zoveel mogelijk besteden aan persoonlijk contact met klanten, partners en medewerkers. Ik scan mijn mailbox wel tussen de besprekingen door, maar uitgebreid lezen en beantwoorden is zonde van de tijd. Dagelijks krijg ik meer van 100 e-mailberichten. De berichten met mijn naam in de cc sla ik over. De uitnodigingen voor afspraken bekijk ik in mijn agenda. De nieuwsbrieven en alerts gaan naar een aparte mailbox. In de ochtend handel ik de zelfbedieningsprocessen af en ’s avonds behandel ik alleen de mail die aan mij is gericht. De meeste berichten blijken dan allang weer achterhaald. Binnen een kwartier zit het werk er dan weer op. Voor dringende zaken moet je bellen, Whatsappen of sms’en. Op samenwerkingsplatforms en sociale media deel ik met iedereen. Via het dwingende mailmedium deel ik minder met minder mensen.

Kapitaal is de vijand van de natuur

aarde

“Onze groep moet geïsoleerd werken om onze greep te kunnen bundelen.” verklaarde AWS “Geef nooit geld weg. Zeg altijd, dat je zóveel verplichtingen hebt, dat er niets meer af kan. Werk slijtage in de hand, want dat bevordert de productie. Bevorder de verveling; dat schept behoefte aan nieuwe dingen. Roei de natuur uit, want natuur is onze grootste vijand. Die vernieuwt zichzelf, voel je wel? En dat soort dingen meer…”

Het is ongelijk verdeeld in de wereld. Sommige mensen hebben niets en anderen hebben alles. Iemand die alles heeft is bang iets te verliezen. Over deze Bovenbazen gaat het stripverhaal van Maarten Toonder uit 1963. Tot de dag van vandaag zijn de avonturen van Heer Bommel en Tom Poes nog actueel. Bovenbaas Amos W Steinhacker heeft een hekel aan natuur. In zijn allesoverheersende drang naar productie en kapitaalvermeerdering delft de natuur het onderspit.

“Het is genoeg, we zijn te ver gegaan!!!” waarschuwde voormalig astronaut Wubbo Ockels ons nog in zijn ‘statement voor de mensheid’ vlak voordat hij stierf. “De industriële revolutie heeft ons in een ongewenste situatie gebracht. We zijn door de natuur geraasd, we vernietigen onze levensbronnen. We moeten stoppen, we moeten veranderen, we moeten een ander pad kiezen, we moeten onze levens veranderen, en de manier waarop we zaken doen. Laten we stoppen met de vernietiging van de aarde, van de mensheid; van ons.”

Het is de vraag of economische groei niet hand in hand kan gaan met natuurbehoud. ‘Economie kan niet zonder natuurlijk kapitaal’ houdt het Planbureau voor de Leefomgeving ons voor: ‘veel bedrijven zijn op een of andere manier afhankelijk van diensten die de natuur biedt. Wanneer bedrijven en burgers bewuster worden van deze afhankelijkheid van natuur, kan dit de waardering voor natuur versterken. En daarmee ook het draagvlak en de financiële basis voor behoud, ontwikkeling en beheer.’

Realiteit is evenwel dat de mensheid steeds verder verwijderd raakt van haar eigen wortels en de natuur. De economische belangen gaan voor. De natuur delft het onderspit. In de plaats van de natuur te respecteren wordt die vaak als een vijand gezien die overwonnen moet worden. Bovenbaas Amos W Steinhacker heeft in onze samenleving helaas nog vele bondgenoten:

“Natuur?” schreeuwde hij in grote opwinding. “Bah, meneer! De natuur is de vijand van het kapitaal. De natuur werkt gratis! En gratis is een vloek! Een gruwel! Niet de natuur moet produceren! Wij moeten produceren! Wij! Wijzelf!”

Maar Toonders stripverhaal loopt uiteindelijk goed af. In ‘De Bovenbazen’ maakt geld helemaal niet gelukkig en verliest het kapitaal het van de natuur.